-
1 dally
v. stoeien, rondlummelen; beuzelen, talmen; spelen met een idee[ dælie] 〈 dallied〉1 lanterfanten ⇒ (rond)lummelen, klungelen♦voorbeelden:dally with someone's affections • met iemand flirten -
2 footsie
n. heimelijk flirterig aanraken met de voeten (onder een tafel); stiekem samenwerken[ foetsie] 〈 informeel〉♦voorbeelden:1 play footsie with someone • heimelijk met iemand flirten; 〈 Amerikaans-Engels〉 stiekem samenwerken -
3 dally with someone's affections
dally with someone's affections -
4 play footsie with someone
-
5 flirt
n. flirt, iemand die ervaren is in flirten; gooi, worp; vlugge beweging--------v. flirten, koketteren; spelen met; kortstondige belangstelling tonenflirt1[ flə:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 flirt————————flirt2〈 werkwoord〉→ flirt with flirt with/ -
6 fool
n. gek, dwaas; clown, gekkemaker--------v. in de maling nemen; iemand beet nemen; malen; van woordspeling gebruik makenfool1[ foe:l]1 dwaas ⇒ gek, zot(skap), stommeling♦voorbeelden:make a fool of oneself • zich (dwaas) aanstellenmake a fool of someone • iemand voor de gek houdenbe fool enough to • zo dwaas zijn om tebe a fool for one's pains • stank voor dank krijgenbe a fool for • gek zijn ophe's nobody's/no fool • hij is niet van gisterenbe enough of a fool to • zo gek zijn om te〈 spreekwoord〉 fools rush in where angels fear to tread • de meester in zijn wijsheid gist, de leerling in zijn waan beslist; 〈 ongeveer〉 de ekster wil zingen tegen de nachtegaal1 dessert van stijf geklopte room, ei, suiker en vruchten————————fool2〈 bijvoeglijk naamwoord〉 〈voornamelijk Amerikaans-Engels; informeel〉————————fool31 gek doen♦voorbeelden:2 fool about/around • rondlummelen, aanrommelenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
7 court
n. binnenplaats, erf; rechtbank; paleis, hof, hofhouding, ontvangst--------v. het hof maken, uitnodigencourt1[ ko:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 rechtbank ⇒ gerechtsgebouw/zaal, (gerechts)hof3 hof ⇒ koninklijk paleis, hofhouding5 omsloten ruimte ⇒ (licht)hal; binnenhof/plaats, cul-de-sac♦voorbeelden:1 Court of Appeal(s) • hof van appel/beroepCourt of Cassation • hof van cassatiecourt of honour • ereraadcourt of inquiry • gerechtelijke commissie van onderzoekcourt of justice • gerechtshofcourt of law • rechtbankCourt of Session • (Schots) civiel hooggerechtshofgo to court • naar de rechter stappensettle out of court • in der minne/buiten de rechter om schikkentake someone to court • iemand voor de rechter slepen3 Court of St. James's • het kabinet van St.-James, de Engelse regering, het Britse hofhold court • hof houdenbe presented at court • aan het hof gepresenteerd worden¶ laugh someone/something out of court • iemand/iets weghonenpay court to someone • iemand het hof makenrule/put out of court • uitsluiten 〈 getuige, bewijsmateriaal; ook figuurlijk〉; 〈 figuurlijk〉(iets/iemand) totaal geen kans geven————————court2II 〈 overgankelijk werkwoord〉4 flirten met ⇒ vragen om, uitlokken♦voorbeelden: -
8 tease
n. plaaggeest; het lastig vallen--------v. pesten, lastig vallentease1[ tie:z] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 flirt————————tease2〈 werkwoord〉1 plagen ⇒ lastig vallen, pesten♦voorbeelden:1 tease someone to do something • iemand aanzetten/pressen iets te doentease someone for something • iemand lastig vallen om
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский